REIS MEE!

De Kinderboekenweek is net achter de rug. Dit jaar was het thema reis mee. Een hele happening, die ik als aankomend schrijver met belangstelling heb gevolgd.

Zo las ik dat jeugdboekenschrijfster Mina Witteman speciaal hiervoor uit de Verenigde Staten zou komen. Dat deed me plezier, want Mina had professionele feedback gegeven op een eerder stadium van mijn manuscript.

Mina’s missie was om over haar Boreas-boeken[1] te vertellen. Het eerste deel, Boreas en de Zeven Zeeën, bleek zelfs een kerntitel van de Kinderboekenweek. Dat betekent dat het op de lijst van voorbeeldboeken staat die zijn gekozen bij het thema.[2]

Misschien mag ik wel een keertje mee op schoolbezoek, droomde ik. Volgend jaar tijdens de Kinderboekenweek zou mijn boek immers in de winkels liggen. Bij zo’n ervaren schrijfster als Mina de kunst afkijken, leek me geweldig.

Toen ik die vraag voorlegde, bleek ik van harte welkom. Zo belandde ik op een donderdagmiddag op een basisschool. Mina zou haar presentatie twee keer geven: voor groep 5 & 6, en voor groep 7 & 8.

Het eerste dat me bij groep 5 & 6 opviel, was de gretigheid van de kinderen. Nog voordat de schrijfster een woord had gezegd, staken er al heel wat vingers in de lucht. ‘Jullie mogen je vragen voor straks bewaren,’ zei Mina, en ze begon haar verhaal.

We reisden mee op een zeilboot, de kinderen en ik. Want Boreas zeilt met zijn ouders de wereld rond. Mina vertelde hoe ze op dit idee was gekomen, over de perikelen van een zeereis en de bijzondere plekken die Boreas aandoet. Ze las een spannend stukje voor, toonde het filmpje van een fluittaal en liet ons een seinspel met vlaggen doen.

In groep 7 & 8 waren de kinderen stil en aandachtig. Na de presentatie kwamen hun vragen los. Ze bestreken een regenboog aan onderwerpen, van eten op zee en vreemde talen, tot de verdiensten van een jeugdboekenschrijver.

De vragen van een roodharige jongen waren bijzonder specifiek. Hij wilde weten of het schrijven van een tweede boek makkelijker gaat dan de eerste (ja), en of een schrijver inkomsten ontvangt als zijn boek in de bibliotheek wordt uitgeleend (ook ja).

Later die middag kwam de jongen met zijn oma langs in de boekhandel waar Mina aan het signeren was. ‘Had je die vragen van tevoren bedacht?’ vroeg ik nieuwsgierig. Hij ontkende. ‘Maar de juf vertelde dat je erg van lezen houdt,’ merkte ik op. Dat bleek inderdaad het geval. Ik deed een gooi. ‘Wil je later ook schrijver worden?’

‘Ja,’ zei de jongen, en hij lonkte naar de boekenstapel van Boreas. Ik zweeg getroffen. Hoe oud was hij? Een jaar of tien, elf misschien. Wat ging er in hem om? Had hij al een idee waarover hij wilde schrijven? Ik wilde doorvragen, maar de jongen keek zo verlangend naar Mina’s boeken dat ik het daarbij liet.

Na wat dralen, vertrokken de jongen en zijn oma, zonder boek. Het speet me dat de oma zoveel enthousiasme niet wilde belonen. Toch heb ik het idee dat het met deze jongen wel goed gaat komen.

Een schrijver laat zich niet weerhouden door magere verdiensten of zuinige oma’s. Een schrijver wil een verhaal vertellen op papier. En iets in deze roodharige jongen zei me: dát is precies wat ik ga doen.

[1] Een vierdelige serie uitgegeven door Ploegsma.
[2] De lijst is opgesteld door het CPNB (Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek).

2 gedachten over “REIS MEE!

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s