In hoeverre lijken Rwandese jongeren op westerse jongeren? Die vraag kwam op bij de ontwikkeling van mijn roman. Ik zocht verbanden, zodat Nederlandse lezers zich zouden kunnen verplaatsen in mijn Rwandese hoofdpersoon.
Basisemoties zijn overal hetzelfde. Verliefdheid, vriendschap, jaloezie, het verlangen om erbij te horen. Maar de setting verschilt. Waar Nederlandse jongeren veel keuzevrijheid hebben, zijn Rwandese jongeren onderworpen aan een ijzeren discipline.
Zo gaan veel jongeren in Rwanda naar een internaat. Die is van de overheid of particulier. Op de eerste kom je met hoge punten,[1] voor de tweede moet je flink betalen. Daarbinnen is nog onderscheid tussen openbaar en religieus. Religieuze internaten worden geleid door broeders (voor jongens) of zusters (voor meisjes).
Op een internaat is alles bien discipliné. Dat heb ik diverse Rwandese ouders horen zeggen. En inderdaad; er heerst een militaire discipline. Op het openbare overheidsinternaat van Giselle gaat een doordeweekse dag als volgt:
5.00 uur: douche; slaapzaal wordt afgesloten. 5.30 uur: ontbijt van maïspap. 6.00 uur: presentatie leerlingen op het plein. 6.30 uur: klas schoonmaken. 8.00 uur: studeren. 10.30 uur: pauze. 11.00 uur: studeren. 12.30 uur: lunch. 13.45 uur: relaxen. 14.00 uur: studeren. 16.00 uur: vrij tijd; slaapzaal gaat open. 18.00 uur: lesstof herhalen. 19.30 uur: avondeten. Daarna: bedtijd.
Giselle vindt het vroege opstaan lastig en het eten uit de gaarkeuken niet lekker. Daarbij heeft ze er moeite mee dat de overheid – op basis van je cijferlijst – jouw specialisatie kiest. ‘Alles wordt voor je bepaald,’ fluistert het zeventienjarige meisje. ‘Soms lijkt het net een gevangenis.’
Of het op de middelbare school bij ons ook zo is, informeert ze bedeesd. Als ik haar over Nederland vertel, spert ze haar ogen open. ‘Echt waar? Krijgen die kinderen dan geen problemen?’
‘Soms wel’, antwoord ik eerlijk. ‘Veel keuzevrijheid kan ook verwarrend zijn.’ Giselle knikt alsof ze zich er iets bij kan voorstellen.
Dat een Rwandees meisje zich in een Nederlandse leeftijdgenoot kan verplaatsen, is hoopgevend. Dan moet het omgekeerde ook mogelijk zijn.
Interessant, dat contrast. Wat levert discipline eigenlijk op voor Giselle als ze van school komt?
LikeLike
Hoi Ruth, dank voor deze mooie inkijk in het leven van de Rwandese jongeren. Je laatste zin is inderdaad hoopgevend!
LikeLike